Logopediste Heleen volgde zopas een bijscholing in OMFT: een therapievorm die helpt als de spierfunctie in en rond de mond verstoord is. Lees hier wat ze geleerd heeft op de cursus.

Wat is OMFT eigenlijk precies?

Heleen: “OMFT is een afkorting voor oro-myofunctionele therapie. Oro betekent mond, myo betekent spier. Het is dus een therapievorm die helpt wanneer er een probleem is met het functioneren van de spieren in en rond de mond. Dit probleem kan het gevolg zijn van afwijkende mondgewoonten: duimen, vingerzuigen, speenzuigen, nagelbijten maar ook mondademen. Hierdoor krijg je namelijk een afwijkende tongligging wanneer de tong in rust is, een afwijkende tongbeweging tijdens het slikken, of een afwijkende kaak- of gebitsvorm. Dit zorgt er dan voor dat bepaalde klanken verkeerd of onduidelijk worden uitgesproken. Denk maar aan kinderen die de letter R niet kunnen uitspreken, slissen of lispelen.”

Waarom volgde je de cursus OMFT?

Heleen: “Binnen OMFT werken logopedisten, tandartsen en orthodontisten samen. Het is een must om een gespecialiseerde opleiding te volgen als je deze multidisciplinaire aanpak wilt toepassen. Vanuit de opleiding als logopedist krijg je namelijk enkel de basistheorie mee.”

Wat leerde je bij? 

Heleen: “De cursus besteedde aandacht aan veelvoorkomende gevallen van afwijkend mondgedrag en de behandeling daarvan. De behandeling bestaat enerzijds uit het aanpassen van de tong- en lipspierfunctie, waardoor de vorm van het gebit kan mee veranderen, anderzijds uit tandheelkundige ingrepen. De cursus leerde mij werken met OMFT volgens een schema van Peter Helderop. Daarnaast leerde ik de noodzakelijke meetapparatuur kennen, en verbanden herkennen met tandheelkunde en orthodontie.”

Wat vond je van de opleiding?

Heleen: “Ik vond hem zeer professioneel! Peter Helderop is een zeer ervaren OMFT-specialist die zijn kennis en ervaring deelt aan de hand van concrete voorbeelden. Omdat de wachtlijst zo lang was, ben ik de cursus in Antwerpen gaan volgen. Het was interessant om tijdens pauzes te horen hoe de logopedie in Antwerpen in zijn werk gaat.” 

Heeft deze opleiding ook gevolgen voor de praktijk?

Heleen: “Absoluut. Wij proberen ons elk te specialiseren in een bepaald gebied, zodat we onze cliënten zo goed mogelijk kunnen helpen. Zo’n driekwart van de kinderen ontwikkelt een afwijkende occlusie oftewel beet. Dit komt door afwijkende mondgewoonten. Weten hoe je deze herkent en efficiënt aanpakt is belangrijk om tot een oplossing te komen.”